Eten moeten we, maar wat is wijs?

1 juni 2017

Waarom zijn voedingswetenschappelijke inzichten meer omstreden dan die in andere wetenschappen?

Dick Veerman - Foodlog

Foodlog-eten-moeten-we-300x226 Foto: March for Science, Max Pixel

Maakt dat wat uit? Jazeker. Het vak is beslissend voor de voedings- en leefstijladviezen ten behoeve van miljarden mensen. 'Goeroes' en wetenschappers onderling bestrijden elkaar openlijk in de pers. Dat is ongezond, want zo weet niemand meer wie te vertrouwen is.

Ook werpt het de vraag op welke investeringen in onderzoek met publiek-privaat geld nu wel en niet zinvol mogen heten. En dan is er nog een vraag: is er mogelijk een kwalijk aanbod op de markt gekomen als gevolg van verkeerde of niet toegepaste inzichten?

Logica

Zoveel gekrakeel duidt in de geschiedenis van de wetenschap doorgaans op een richtingenstrijd die zover gaat dat de fundamenten van een vak òf ter discussie staan òf nog niet helemaal zijn uitgekristalliseerd. De natuurkunde, wiskunde, biologie en zelfs de theologie hebben allemaal een op hun vak toegesneden reflectie over wat hun feiten en stellingen betekenen. Zo is bijvoorbeeld de logica de wijsbegeerte van de wiskunde. Reflectie laat wetenschappers in de spiegel kijken, samen met pottenkijkers die logische vragen stellen. Waar moest het vak eigenlijk over gaan, zit het nog op dat spoor of is het tijd voor nieuwe onderzoeksvragen en -paden?

Reflectie schept de broodnodige afstand waarmee de genoemde vakken conflicten kunnen duiden als een verschil in perspectief. Wat er in de voedingsleer aan de hand is, is onduidelijk omdat het vak geen wijsbegeerte heeft die de logica van de uitgangspunten en redeneringen toetst. Daar willen vijftien docenten op verzoek van Foodlog verandering in brengen.

Medici en wetenschappers maken elkaar voor dwaas uit

Eind september van dit jaar start de cursus Philosophy of Nutrition - in gewoon Nederlands: Wijsbegeerte van de Voedingsleer. Onze docenten denken net als wij dat de voedingsleer baat heeft bij een bezinning op zijn grondslagen en doelen. Dat doen ze mede vanuit de te verwachten nieuwe technieken en inzichten en praktische vraagstukken die de samenleving door wetenschappers wil laten oplossen.

Niet alleen het publiek raakt op deze manier de weg kwijt.

Sinds een jaar of tien lijkt het niet veel meer uit te maken wat voedingswetenschappers zeggen. Op consensus gebaseerde kennis wordt door een belangrijk deel van de media tegenover totaal andere kennis gezet. Daar blijft het niet bij. Wetenschappers en gerespecteerde medici die zich met voeding bezighouden bekogelen elkaar in de media met elkaars waarheden en maken de ander rustig voor dwaas uit.

Niet alleen het publiek raakt op deze manier de weg kwijt. Wat moeten bedrijven die etenswaren maken aan met zoveel verschillen van mening over wat goed is voor mensen? En wat moeten overheden die er beleid en regels voor moeten maken, omdat ze de hoeders zijn van een gezond en veilig voedingsaanbod?

Ruim 90 procent van de onderzoeksbudgetten gaat op aan biochemisch onderzoek, terwijl zolangzamerhand duidelijk is dat sociaal-wetenschappelijke experimenten de effecten van welvaartsgerelateerde voedingsziekten - en dus het overgrote deel - kunnen verminderen. Is zo'n budgetverdeling ethisch te verdedigen? Dat is een serieuze vraag die zelden gesteld wordt.

'We luisteren niet meer'

"De voedingswetenschap bevindt zich in een vertrouwenscrisis, waarbij consumenten steeds harder twijfelen aan de intenties en onafhankelijkheid van wetenschappers en er steeds harder wordt gemopperd over adviezen ("Eerst was het vet, en nu mogen we weer geen suiker.”) Feitarme lifestylediëten als The Green Happiness zijn helemaal niet te verslaan met feiten - die zijn namelijk gewoon een stuk minder aantrekkelijk dan het fotogenieke droomleven dat daar wordt beloofd, zonder ziektes, crises, sociale angst, cellulitis, motregen, hondenpoep en broeken die ineens niet meer passen. Wat zegt u, Voedingscentrum? Dat kan helemaal niet? We luisteren al niet meer." Die woorden schreef journalist Hiske Versprille van Het Parool.

Hoe gaan we daarmee om?

Wat kunnen voedingswetenschappers met voldoende zekerheid weten? Aan welke voorwaarden moet hun kennis voldoen om in de praktijk van dieetadviezen, winkelaanbod, dienstverlening via personal tracking en productontwikkeling gebruikt te kunnen worden? Binnen welke eventueel blijvende kennisbeperkingen kunnen bedrijven gezond voedsel maken en marketen? Hoe kunnen officiële instanties op het gebied van voedings- en leefstijladvisering met wetenschap en praktijk omgaan?

De vermoedelijk eerste cursus Philosophy of Nutrition ter wereld gaat op die vragen in. Het wordt bepaald geen gezweef, maar een keiharde inleiding in de kenleer en ethiek van de voedingswetenschappen. Ook gaat de cursus in op de vraag wat bedrijven en overheden mogen geloven, moeten vinden en hoe ze verstandig met wetenschap om kunnen gaan.

De cursus is bestemd voor wetenschappelijk onderzoekers, PhD's, voedingsprofessionals die werken voor bedrijven of adviesinstanties, diëtisten en beleidsmakers. Ook geschikt voor Engelstaligen die wonen en werken in Vlaanderen of Nederland.

Comité van Aanbeveling

De cursus wordt aanbevolen door:

  • Tiny van Boekel, hoogleraar levensmiddelentechnologie Wageningen University & Research Center
  • Simone Hertzberger, voormalig hoofd productintegriteit Ahold
  • Diana Monissen, voormalig DG van het ministerie van VWS en directeur van zorgverzekeraar De Friesland, thans directeur van het Prinses Maxima Centrum voor kinderoncologie
  • Hanno Pijl, internist-endocrinoloog en hoogleraar diabetologie Leiden University Medical Center
  • Annet Roodenburg, lector Voeding en Gezondheid HAS Den Bosch

Philosophy of Nutrition start 27 september aanstaande en bestaat uit 3 blokken van 2 dagen. Lees de folder Philosophy of Nutrition. Inschrijven doe je hier. Als je eerst meer wilt weten, mail naar uitgever@foodlog.nl.

Altijd op de hoogte blijven?