Is het E-nummer wel toereikend?

8 december 2020

Auteur: Simone Bouman, VP Sales Sustainable Food Solutions EMEA, Corbion

De eerste E-nummers dateren uit de jaren ’60, maar kregen pas in de jaren ’80 bekendheid met de verplichting om ze op etiketten te vermelden zodat consumenten goed geïnformeerd zijn over wat er aan voeding is toegevoegd.

Stonden E-nummers in de afgelopen decennia nog voor veiligheid, nu wekken ze steeds meer wantrouwen bij consumenten op. De voedingsindustrie heeft hierop gereageerd met alternatieve, vaak natuurlijke ingrediënten met dezelfde functionaliteit als E-nummers. Deze staan op het etiket in een voor de consument begrijpelijke omschrijving en worden geassocieerd met natuurlijk, gezond en minder bewerkt.

Technologische functie

Wanneer deze zogenoemde clean label-ingrediënten een technologische functie hebben, ziet de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ze in veel gevallen als additieven welke moeten voldoen aan de additievenwetgeving. Toepassing van een ingrediënt als additief betekent vermelding van de functionele klasse en de specifieke naam of het E-nummer op het etiket. Ingrediënten met een technologische functie die niet aan E-nummer-specificaties voldoen, zijn pas toegestaan nadat een aanvraag wordt ingediend voor registratie gevolgd door goedkeuring als E-nummer.

‘De impact van een nieuwe visie is groot en complex’

Onlangs nam ik als panellid deel aan een online sessie over de impact van de verscherpte regelgeving en verwachte handhaving, georganiseerd door het Ingredients for Food Innovators (IFFI) netwerk. Hier werd vooral duidelijk dat de impact van de nieuwe visie op technische hulpstoffen, additieven en ingrediënten groot en complex is. De mogelijke economische gevolgen voor de voedingsindustrie loopt in de tientallen miljoenen. Die schatting is een optelsom van investeringen in de aanvraag van nieuwe E-nummers en in R&D van innovaties voor ingrediënten die al jarenlang veilig worden toegepast en wellicht niet meer mogen worden gebruikt of niet zo gemakkelijk kunnen worden gevat in een eenduidige specificatie.

Gezamenlijke visie

Het is duur en tijdrovend om van elke component van een natuurlijk ingrediënt zonder E-nummer wetenschappelijk aan te tonen dat het niet toxisch is. Bovendien kijkt de NVWA per ingrediënt of een toevoeging onder de additievenwetgeving valt of niet, op basis van zijn functie en of het gebruikt wordt ter vervanging van een additief. Dat kan leiden tot een grijs gebied. Wanneer ga je dan, investeren in de aanvraag van een E-nummer?

We moeten en kunnen als industrie veel meer samenwerken. Enerzijds om met de autoriteiten een gezamenlijke visie op voedselveiligheid te ontwikkelen. Anderzijds om te zoeken naar concrete mogelijkheden om complexe, natuurlijke ingrediënten beter en eenduidig te omschrijven. Dan blijkt wellicht dat het E-nummer-systeem niet langer toereikend is. Wellicht zou parallel een nieuw notificatiesysteem opgezet kunnen worden om voor deze ingrediënten voedselveiligheid te borgen en consumenten meer vertrouwen te geven. Daarom ben ik blij dat we vanuit het IFFI nu een serieuze discussie over dit complexe onderwerp voeren.

Corbion is lid van het Ingredients for Food Innovators netwerk, een Nederlands netwerk dat senior managers en professionals uit de voedingsingrediëntenindustrie verbindt en inspireert.

Altijd op de hoogte blijven?