LEERDAM - Fabrikanten van dranken willen een zo licht mogelijke fles. Het product moet echter wel veilig zijn. "Hoe dik het glas moet zijn, hangt af van wat een levensmiddelenproducent doet met het product en hoe consumenten ermee omgaan. Het gaat niet om 'light weight' maar 'the right weight', legt Steffi Lenz van glasfabrikant O-I uit.
O-I, wat staat voor Owens Illinois, presenteerde vandaag, donderdag, de vernieuwde fabriek in Leerdam. Er is voor 21 miljoen euro geïnvesteerd in de productielocatie voor bierflesjes.
Fabrikanten van dranken willen een zo dun mogelijke fles omdat dat scheelt in de grondstofkosten en de kosten van transport. Bovendien is het duurzamer. Aan de andere kant is glasbreuk rampzalig.
Hoe dik glas moet zijn, hangt onder meer af van de manier waarop ermee wordt omgegaan bij de voedingsmiddelenproducent en verder in de keten tot en met de consument. "Als flesjes of potjes elkaar raken, moeten ze steviger zijn. Ook is het product zelf van belang. Als er druk in de fles staat, bij frisdrank of mousserende wijn, moet de fles steviger zijn", stelt new product development manager Lenz.
Ze meent dat het vaststellen van de juiste dikte een kwestie is van ervaring en van testen. Een deel van de investering van 21 miljoen euro in de glasfabriek was bestemd voor extra processcontrole en een upgrade van de inspectie van de flessen.
Een reportage over de nieuwe glasfabriek is te lezen in EVMI 3 van 26 april.
E-paper EVMI 3 (Voor abonnees is het hele magazine toegankelijk, voor niet-abonnees enkele pagina's.)
Lees ook:
Coca-Cola Enterprises start pilot restwarmte (2 oktober 2012)