Binnen de EU willen we van genetisch gemanipuleerd voedsel niet weten. Toch zou het best kunnen dat we het ongemerkt op ons bord krijgen. Via het CETA-handelsakkoord bijvoorbeeld. Nederlandse veredelaars en telers voelen zich op achterstand gezet. "Voedsel met genetisch gemanipuleerde ingrediënten kan in Nederland worden geïmporteerd zonder dat iemand dat weet," ontdekte het Financieele Dagblad. 

Cécile Janssen - Foodlog

Er blijken namelijk (nog) geen geschikte laboratoriumanalyses te bestaan waarmee de nieuwe DNA-techniek CRISPR-Cas opgespoord kan worden. In juli 2018 besloot het Europees Hof van Justitie - onverwacht - dat de nieuwe gentech-techniek CRISPR-Cas net zo streng gereguleerd moest worden als 'gewone' genetische modificatie.

In andere landen, zoals Canada, de VS of China, geldt geen specifieke regulering voor CRISPR-Cas. Of gewassen die daarmee 'gemaakt' zijn, worden niet als genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) beschouwd. Zo zijn in Canada voedselproducenten niet verplicht te melden dat zij CRISPR-Cas toepassen.

CETA

De EU sloot in 2016 het CETA-handelsakkoord met Canada. Het is nog niet door alle parlementen van de lidstaten goedgekeurd - ook nog niet door het Nederlandse parlement - maar officieus is het al wel in werking getreden. Dat biedt ruimte voor CRISPR-Cas in de Nederlandse supermarkt.

Waar Canadese producenten melden dat zij CRISPR-Cas gebruiken, zoals de producent van de Arctic Apple, kunnen de controlerende instanties zoals de NVWA de producten buitensluiten. In de gevallen dat dat niet gebeurt, is de genmutatie niet te onderscheppen. "Daardoor is ook niet bekend hoeveel 'gemuteerd' voedsel via Canada in Nederland geïmporteerd zal worden", aldus de krant.

Tegenvaller

Het besluit om de CRISPR-Cas-techniek binnen de EU net zo streng aan banden te leggen als overige ggo's, was een forse streep door de rekening van bijvoorbeeld de Nederlandse veredelaars. Zij zagen zich de mogelijkheid door de neus geboord worden om de klassieke veredelingsmethoden te versnellen en te verfijnen. Maar ook Nederlandse boeren voelden zich op achterstand gezet.

Teun de Jong, voorzitter van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond, verwoordt het zo: "Het is alsof ze tegen ons zeggen: je mag wel voorrijden met het paard, maar niet met de trekker. [..] Zolang het bij ons verboden is, spelen we een wedstrijd met twee spelregels. Wij worden op concurrentieachterstand gezet."

 

Altijd op de hoogte blijven?