Consumenten dienen de consumptie van rood vlees en met name bewerkt vlees te beperken. Dat staat in de Richtlijnen Goede Voeding 2015 van de Gezondheidsraad. De raad geeft aan géén oproep te doen helemaal geen vlees te eten. “Vlees bevat immers nuttige voedingsstoffen.”
De voornaamste conclusie van de Gezondheidsraad is dat consumenten moeten kiezen voor een voedingspatroon met meer plantaardige en minder dierlijke producten. Tot welke hoeveelheid de inname van rood en bewerkt vlees beperkt moet worden, staat echter niet in de nieuwe Richtlijnen vermeld.
Risico
De commissie van de Gezondheidsraad concludeert dat het aannemelijk is dat er een verband is tussen de consumptie van rood vlees en bewerkt vlees, en een hoger risico op beroerte, diabetes, darmkanker en longkanker. Net als het Internationale Instituut voor Kankeronderzoek (IARC) in de publicatie van eind oktober ziet de Gezondheidsraad een sterker verband bij bewerkt vlees dan bij rood vlees.
Aan de andere kant merkt de Gezondheidsraad op dat bewerkt vlees in sommige onderzoeken zowel bewerkt rood als wit vlees betreft en in andere alleen bewerkt rood vlees. “Dit leidt mogelijk tot zwakkere verbanden tussen de consumptie van specifieke soorten vlees en het risico op chronische ziekten”, nuanceert de raad. Voor de categorie vlees als geheel is géén verband gevonden met een verhoogd risico op chronische ziekten.
Meta-analyses
De richtlijnen zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek naar de risico’s op de tien meest voorkomende chronische ziekten, zoals hart- en vaatziekten, diabetes en kanker. Volgens de Gezondheidsraad was er de afgelopen tien jaar een sterke toename van het aantal meta-analyses, waarin de uitkomsten van afzonderlijke onderzoeken zijn samengevoegd. “Deze combinatie leidt tot een groter statistisch onderscheidingsvermogen en nauwkeuriger schatting van een verband of effect dan in de oorspronkelijke onderzoeken. Ook biedt het de mogelijkheid generieke uitspraken te doen.”
Schijf van Vijf
De nieuwe adviezen komen in de plaats van de richtlijnen uit 2006. Nieuw is dat in de richtlijnen wordt gesproken over voedingsmiddelen terwijl het eerder voornamelijk ging over voedingsstoffen. Daardoor zijn de richtlijnen beter te begrijpen voor de consument. Toch komt er zoals gebruikelijk een praktische uitwerking door het Voedingscentrum. Die presenteert naar verwachting komend voorjaar een nieuwe Schijf van Vijf.
Lees ook: